Meeting.burger Maldegem

Overzicht punten

Zitting van 26 06 2025

OPENBARE ZITTING

1. MEDEDELINGEN

Publicatiedatum: 10/10/2025

Overzicht punten

Zitting van 26 06 2025

OPENBARE ZITTING

2. GOEDKEUREN NOTULEN EN AUDIOVISUELE OPNAME VAN DE RAAD VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN VAN 22 MEI 2025

Juridische gronden

● De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van de bestuurshandelingen.

● Artikel 28, §1 juncto artikel 74 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 waarin wordt bepaald dat de vergaderingen van de raad voor maatschappelijk welzijn openbaar zijn.

● Artikel 32 juncto artikel 74 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 dat bepaalt dat behalve in spoedeisende gevallen de notulen van de vorige vergadering ten minste acht dagen voor de dag van de vergadering ter beschikking worden gesteld van de raadsleden en dat het huishoudelijk reglement de wijze bepaalt waarop de notulen ter beschikking worden gesteld.

Dat verder bepaalt dat elk raadslid het recht heeft om tijdens de vergadering opmerkingen te maken over de redactie van de notulen van de vorige vergadering. Als die opmerkingen door de raad voor maatschappelijk welzijn worden aangenomen, worden de notulen in die zin aangepast en dat ook nog verduidelijkt dat als er geen opmerkingen worden gemaakt over de notulen van de vorige vergadering, de notulen als goedgekeurd beschouwd worden.

● Artikel 77 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 waarin wordt bepaald dat de raad voor maatschappelijk welzijn beschikt over de volheid van bevoegdheid voor de aangelegenheden die aan het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn door of krachtens de wet of het decreet zijn toevertrouwd.

● Het besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 27 februari 2019 waarbij de raad beslist het zittingsverslag te vervangen door een audio- of audiovisuele opname.

Feiten

● De notulen werden ten minste acht dagen voor de dag van de vergadering ter beschikking gesteld van de raadsleden.

● De audiovisuele opname werd gelivestreamd tijdens de zitting van 22 mei 2025 en bleef sindsdien gepubliceerd op de gemeentelijke website onder 'Vergaderingen OCMW-raad': zie https://web-maldegem.streamovations.be

● Er werden geen opmerkingen gemaakt.

Besluit

24 stemmen voor: Anneke Gobeyn, Koenraad De Ceuninck, Annelies Lammertyn, Peter Van Hecke, Marten De Jaeger, Rita Verleye, Rudi De Smet, Jason Van Landschoot, Wim Swyngedouw, Nicole Maenhout, Leandra Decuyper, Dino Lateste, Kiran Van Landschoot, Timothy De Groote, Henk Deprest, Ineke Hebbrecht, Cedric De Smet, Leen Anthuenis, Danté Basslé, Patrice Timmerman, Robin Van Kerschaver, Maxim Vandemoere, Christiaan Verstrynge en Valentijn De Lille

Artikel 1:

De raad voor maatschappelijk welzijn keurt de notulen en audiovisuele opname van de zitting van de raad voor maatschappelijk welzijn van 22 mei 2025 goed.

Artikel 2:

De voorzitter en de algemeen directeur worden gemandateerd om de notulen na deze goedkeuring te ondertekenen.

Publicatiedatum: 10/10/2025

Overzicht punten

Zitting van 26 06 2025

OPENBARE ZITTING

3. VASTSTELLING KADER ORGANISATIEBEHEERSINGSSYSTEEM

Juridische gronden

● De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van de bestuurshandelingen.

● Artikel 28 § 1 juncto artikel 74 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 waarin wordt bepaald dat dit punt in openbare zitting behandeld wordt.

● Artikel 77 van het DLB van 22 december 2017 dat bepaalt dat de raad voor maatschappelijk welzijn beschikt over de volheid van bevoegdheid voor de aangelegenheden die aan het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn door of krachtens de wet of het decreet zijn toevertrouwd.

● Artikel 217 tot 220, artikelen 266, 272 en 592 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 aangaande de definitie van organisatiebeheersing, de bevoegdheid en rapportering en bepalingen aangaande organisatiebeheersing in brede zin.

Feiten

● Organisatiebeheersing is een wettelijke verplichting zoals opgenomen in het Decreet Lokaal Bestuur.

● Het Decreet Lokaal Bestuur omschrijft organisatiebeheersing als het geheel van maatregelen en procedures die ontworpen zijn om een redelijke zekerheid te verschaffen dat men:

○ De vastgelegde doelstellingen bereikt en de risico's kent en beheerst;

○ Wet- en regelgeving en procedures naleeft;

○ Beschikt over betrouwbare financiële en beheersrapportering;

○ Op een effectieve, efficiënte en economische wijze werkt;

○ De activa beschermt en fraude voorkomt.

● Het organisatiebeheersingssysteem dient duidelijk te beschrijven hoe organisatiebeheersing wordt ingericht, met inbegrip van controlemaatregelen, procedures, verantwoordelijkheden en rapporteringslijnen.

● De algemeen directeur is verantwoordelijk voor het systeem en rapporteert jaarlijks aan het college van burgemeester en schepenen, het vast bureau, de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn betreffende de voortgang inzake organisatiebeheersing. De rapportering gebeurt jaarlijks uiterlijk voor 30 juni van het daaropvolgende jaar.

Argumentatie

● Het kader biedt een gestructureerde aanpak om de doelstellingen uit de leidraad van Audit Vlaanderen op een systematische wijze na te streven.

● Het kader vervangt het vorige dat werd vastgesteld in de raad voor maatschappelijk welzijn van 29 mei 2019.

● De algemeen directeur herinnert aan alle feitelijke en wettelijke bepalingen.

Adviezen

● Managementteam: positief advies

Besluit

23 stemmen voor: Anneke Gobeyn, Koenraad De Ceuninck, Annelies Lammertyn, Marten De Jaeger, Rita Verleye, Rudi De Smet, Jason Van Landschoot, Wim Swyngedouw, Nicole Maenhout, Leandra Decuyper, Dino Lateste, Kiran Van Landschoot, Timothy De Groote, Henk Deprest, Ineke Hebbrecht, Cedric De Smet, Leen Anthuenis, Danté Basslé, Patrice Timmerman, Robin Van Kerschaver, Maxim Vandemoere, Christiaan Verstrynge en Valentijn De Lille

Artikel 1:

Het besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 29 mei 2019 waarin het organisatiebeheersingssysteem werd goedgekeurd, wordt opgeheven.

Artikel 2:

De raad voor maatschappelijk welzijn stelt het kader voor organisatiebeheersing, zoals hieronder vermeld, vast:

Inleiding

Voorliggend kader beschrijft de aanpak van organisatiebeheersing binnen het lokaal bestuur Maldegem. Het biedt een gemeenschappelijk referentiekader voor het management, de diensten en het politiek niveau om de werking van de organisatie systematisch te versterken.

Organisatiebeheersing is een essentiële bouwsteen voor goed bestuur. Het helpt om de risico’s beter te begrijpen en beheersen, middelen doelgericht in te zetten en te streven naar continue verbetering.

Wat is organisatiebeheersing?

Het Decreet Lokaal Bestuur (art. 217-220) omschrijft organisatiebeheersing als: het geheel aan maatregelen en procedures die ontworpen zijn om redelijke zekerheid te verschaffen dat men:

● De vastgelegde doelstellingen en de risico’s om deze te bereiken kent en beheerst;

● De wetgeving en procedures naleeft;

● Over betrouwbare financiële en beheersrapportering beschikt;

● Op een effectieve en efficiënte wijze werkt en de beschikbare middelen economisch inzet;

● De activa beschermt en fraude voorkomt.

Organisatiebeheersing is een gedeelde verantwoordelijkheid van iedereen binnen onze organisatie. De algemeen directeur werkt in overleg met het managementteam het systeem voor organisatiebeheersing uit. Dit gebeurt binnen het kader dat is goedgekeurd door de bevoegde raden. Het kader beschrijft hoe we organisatiebeheersing aanpakken en hoe we onze werking op een systematische en cyclische manier evalueren en bijsturen. Het bevat minstens de volgende elementen:

● Het model dat het bestuur hanteert;

● De manier van rapportage aan het politieke niveau;

● De periodiciteit waarmee de organisatie haar werking evalueert.

Deze elementen worden in de volgende paragrafen verder uitgediept.

Model voor organisatiebeheersing

Lokaal bestuur Maldegem gebruikt de leidraad organisatiebeheersing voor lokale besturen van Audit Vlaanderen voor de uitbouw van het organisatiebeheersingssysteem. Audit Vlaanderen is een agentschap van de Vlaamse Overheid dat audits uitvoert bij de Vlaamse administratie en lokale besturen. Het agentschap ondersteunt lokale besturen en de Vlaamse administratie bij de beheersing van financiële, wettelijke en organisatorische risico’s.

Het model is onze kapstok om controledoelen af te toetsen, risico’s te detecteren en beheersmaatregelen te structureren. Audit Vlaanderen toetst organisatiebeheersing aan dit model, dat bestaat uit drie luiken:

Tien thema’s

De tien thema’s beschrijven controledoelen waaraan elke organisatie moet werken. De tien thema’s zijn:

● Doelstellingen en procesmanagement (DP)

● Belanghebbendenmanagement (BHM)

● Monitoring (MON)

● Financieel management (FIM)

● Organisatiestructuur (ORG)

● Personeelsbeleid (HRM)

● Organisatiecultuur (CUL)

● Informatie en communicatie (ICO)

● Facilitaire middelen, opdrachten en contracten (FAM)

● Informatie en communicatietechnologie (ICT)

Elk thema kijkt naar de doelen, risico’s en beheersmaatregelen die nodig zijn om deze risico’s te beperken. Om de terminologie wat te verduidelijken volgt hierna een voorbeeld. Eén van de doelen binnen het thema informatie en communicatie (ICO) is een degelijk informatiebeheer:

	Doel	De organisatie beschikt over een efficiënt en betrouwbaar informatiebeheer
	Risico	Informatie wordt niet of te snel vernietigd
	Beheersmaatregel	De organisatie heeft een archiveringsbeleid en past dit toe conform de wettelijke vereisten

Vier algemene doelen

De thema’s staan met elkaar in wisselwerking. Organisaties die beantwoorden aan de principes van de leidraad creëren de voorwaarden om in alle aspecten van de organisatie effectief, efficiënt, kwaliteitsvol en integer te functioneren.

Een goed beheerste organisatie:

● Is effectief: doet wat nodig is binnen de politiek vastgelegde krijtlijnen.

● Werkt efficiënt: middelen worden correct ingezet.

● Opereert kwaliteitsvol: continu, met oog op verwachtingen van stakeholders.

● Bevordert integriteit: op organisatie, team en individueel niveau.

Volgens de PDCA-cyclus

Het systeem van organisatiebeheersing is gebaseerd op de PDCA-cyclus (Plan, Do, Check en Act). Deze cyclus maakt het mogelijk om op een structurele manier te werken aan continue verbetering binnen de organisatie en zorgt ervoor dat organisatiebeheersing blijvend aandacht krijgt.

● Plan

○ Doelstellingen formuleren en plannen opstellen (bv. opstellen van een informatiebeheersplan).

● Do

○ De plannen en doelstellingen uitvoeren op een effectieve, efficiënte, integere en kwaliteitsvolle manier (bv. implementeren van het informatiebeheersplan per dienst).

● Check

○ Opvolgen van realisaties op basis van de planning (bv. jaarlijks monitoren of diensten de vereiste documenten archiveren).

● Act

○ Waar nodig bijsturen van realisaties, plannen en doelstellingen (bv. handleiding aanpassen n.a.v. onduidelijkheden bij archiveren).

Evaluatie van de werking en periodiciteit

Lokaal bestuur Maldegem kijkt kritisch naar haar eigen werking. Dankzij de evaluatie hiervan kunnen sterke punten en verbeterpunten geïdentificeerd worden. De evaluatie verloopt volgens drie cycli:

● Zesjarige cyclus voor het kader van organisatiebeheersing (periode 2025-2031).

● Driejarige cyclus voor verbeteracties (2026-2028, 2029-2031).

● Jaarlijkse cyclus voor rapportering door de algemeen directeur.

Zesjarige cyclus

De aanpak van organisatiebeheersing start met een kader. Het kader wordt om de zes jaar geëvalueerd en eventueel bijgestuurd. Het huidige kader vervangt het kader van 29 mei 2019 en stuurt het bij.

De nieuwe gemeenteraad en raad voor maatschappelijk welzijn keuren het bijgestuurde kader (i.e. voorliggend document) midden 2025 goed. De evaluatie van dit kader zal op zijn beurt na zes jaar gebeuren (in 2031) door de dan nieuw verkozen raden.

Het managementteam heeft een coördinerende, voorbereidende en uitvoerende rol bij de evaluatie van het kader. Het college en het vast bureau bestendigen het kader voor organisatiebeheersing. De gemeenteraad en raad voor maatschappelijk welzijn houden er toezicht op en keuren het goed.

Driejarige zelfevaluatiecyclus

Een zelfevaluatie helpt ons risico’s te identificeren, beoordelen en koppelen aan verbeteracties. Lokaal bestuur Maldegem wil de komende zes jaar een actueel zicht op zijn risico’s houden. De focus ligt op organisatiebrede management- en ondersteunende processen, maar de evaluatie kan ook dienstspecifieke elementen bevatten.

Midden 2025 wordt een zelfevaluatie uitgevoerd voor vier thema’s van de leidraad organisatiebeheersing:

● Organisatiestructuur (ORG)

● Personeelsbeleid (HR)

● Informatie en communicatie (ICO)

● Informatie- en communicatietechnologie (ICT)

In de daaropvolgende periode (eind 2025 en 1ste helft 2026) worden ook de andere thema’s behandeld.

De zelfevaluatie zal gebeuren aan de hand van documentanalyse (bv. vereiste documenten volgens het Decreet Lokaal Bestuur), diepte-interviews en werksessies. De diepte-interviews met sleutelfiguren verschaffen een eerste zicht op de huidige situatie en mogelijke risico’s. In de werksessies met medewerkers uit verschillende diensten, wordt een voorstel van maturiteitsscore per controledoel toegekend. Het managementteam prioriteert vervolgens de risico’s en stelt een actieplan met prioritaire verbeteracties en verantwoordelijken op. Het actieplan is een levend document dat groeit naargelang de noden (bv. inzichten uit inspecties, nieuwe uitdagingen voor lokale besturen die actie vereisen etc.).

De maturiteit van de beheersmaatregelen zal beoordeeld worden aan de hand van onderstaand maturiteitsmodel, waarbij 5 niveaus onderscheiden worden. Het toekennen van een score is gebaseerd op de sterke punten en verbeterpunten uit de zelfevaluatie.

Na drie jaar, in het midden van de legislatuur, wordt de risicoanalyse voor de tien thema’s geëvalueerd en waar nodig bijgestuurd. Deze bijsturing leidt tot een hernieuwd actieplan voor 2029-2031.

Jaarlijkse rapportagecyclus aan het politieke niveau

De verbeteracties voor organisatiebeheersing worden opgevolgd in een actieplan, beheerd door het managementteam. Het management neemt een trekkende rol op en zal twee maal per jaar de stand van zaken opmaken en bespreken.

De algemeen directeur rapporteert jaarlijks aan het college van burgemeester en schepenen, het vast bureau, de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn betreffende de voortgang inzake organisatiebeheersing. De rapportering gebeurt jaarlijks uiterlijk voor 30 juni van het daaropvolgende jaar.

Het autonoom gemeentebedrijf (AGB) heeft geen eigen regels omtrent organisatiebeheersing vastgelegd. De voorwaarden zoals bepaald in dit kader, zijn dan ook van toepassing op het AGB.

Publicatiedatum: 10/10/2025

Overzicht punten

Zitting van 26 06 2025

OPENBARE ZITTING

4. JAARRAPPORT ORGANISATIEBEHEERSING 2024: AKTENAME

Juridische gronden

● Artikel 28 § 1 juncto artikel 74 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 waarin wordt bepaald dat dit punt in openbare zitting behandeld wordt.

● Artikel 77 van het DLB van 22 december 2017 dat bepaalt dat de raad voor maatschappelijk welzijn beschikt over de volheid van bevoegdheid voor de aangelegenheden die aan het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn door of krachtens de wet of het decreet zijn toevertrouwd.

● Artikel 2019 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 waarin wordt bepaald dat de algemeen directeur jaarlijks rapporteert aan het college van burgemeester en schepenen, de gemeenteraad, de raad voor maatschappelijk welzijn en het vast bureau over de organisatiebeheersing. De rapportering gebeurt jaarlijks uiterlijk voor 30 juni van het daaropvolgende jaar.

● Besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 26 juni 2025 waarin het kader organisatiebeheersing werd goedgekeurd.

Feiten

● Het Decreet Lokaal Bestuur legt voor organisatiebeheersing een aantal verplichtingen vast (art. 217-220): zoals

○ De algemeen directeur legt het organisatiebeheersingssysteem vast;

○ Dit gebeurt binnen het kader dat goedgekeurd moet worden door de bevoegde raden;

○ De algemeen directeur moet jaarlijks ten laatste op 30 juni rapporteren over organisatiebeheersing aan de raden.

● De jaarlijkse rapportering bevat minstens volgende elementen:

○ Situering en aanpak van de organisatiebeheersing

○ Een terugblik op het afgelopen jaar en een stand van zaken

○ De lopende en toekomstige projecten voor de volgende periode.

● Het bijgevoegde rapport beslaat de organisatiebeheersing voor het kalenderjaar 2024.

Argumentatie

● De algemeen directeur herinnert aan alle feitelijke en wettelijke bepalingen.

Adviezen

● Managementteam: positief advies

Besluit

Artikel 1:

De raad voor maatschappelijk welzijn neemt akte van het jaarrapport organisatiebeheersing 2024.

Publicatiedatum: 10/10/2025

Overzicht punten

Zitting van 26 06 2025

OPENBARE ZITTING

5. VASTSTELLEN VAN DE JAARREKENING 2024 OCMW

Juridische gronden

● Artikel 28, § 1 van het decreet lokaal bestuur van 22 december waarin wordt bepaald dat over dit punt in openbare zitting wordt vergaderd.

● Het decreet lokaal bestuur van 22 december, artikel 41 §2 3° stellende dat de gemeenteraad de jaarrekening vaststelt en artikel 78 4° stellende dat de raad voor maatschappelijk welzijn de jaarrekening vaststelt.

● Het decreet lokaal bestuur van 22 december, titel 4 hoofdstuk 1 afdeling 5 bepaalt de delen van de jaarrekening. De jaarrekening wordt vastgesteld voor 30 juni van het boekjaar dat volgt op het boekjaar waarop de rekening betrekking heeft.

● Het decreet lokaal bestuur van 22 december, artikel 262 stelt dat de toezichthoudende overheid de jaarrekening goedkeurt op voorwaarde dat:

1° aan de raadsleden in het beleidsrapport alle noodzakelijke informatie ter beschikking is gesteld om met kennis van zaken een beslissing te nemen;

2° de jaarrekening juist en volledig is en een waar en getrouw beeld geeft van de financiële toestand van de gemeente en het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn;

3° het beleidsrapport dat aan de raadsleden is bezorgd overeenstemt met de digitale rapportering die daarover aan de Vlaamse Regering is bezorgd met toepassing van artikel 250;

4° de algemene en de budgettaire boekhouding op elkaar aansluiten.

○ Als de toezichthoudende overheid geen besluit heeft verzonden naar de gemeente en het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn binnen een termijn van honderdvijftig dagen wordt ze geacht de jaarrekening goed te keuren

● Het besluit van de Vlaamse regering van 25 juni 2010 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de gemeenten, inzonderheid hoofdstuk 4 betreffende de jaarrekening.

● Het ministerieel besluit van 1 oktober 2010 en latere wijzigingen tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten en de toelichting ervan en van de rekeningstelsels van de gemeenten, de provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.

● Het raadsbesluit van 20 juni 2024 betreffende de goedkeuring van het meerjarenplanaanpassing 5 2020-2025.

● Het collegebesluit van 14 april 2020 betreffende het vaststellen van de waarderingsregels.

Feiten

● De jaarrekening 2024 is door de raadsleden te raadplegen via het beleidsportaal: https://maldegem.begrotingsapp.be

● De jaarrekening is geconsolideerd voor gemeente en OCMW. Er is één financieel evenwicht. Alleen het rapport J3 geeft de realisatie van de kredieten per entiteit weer. De vaststelling van de rapporten gebeurt door zowel de Gemeenteraad als de Raad voor Maatschappelijk Welzijn, voor hun deel van de kredieten, en daarna keurt de Gemeenteraad ook nog eens het deel van het OCMW goed.

● De jaarrekening bestaat uit:

○ de beleidsevaluatie van de jaarrekening die het beleid weergeeft dat de gemeente en het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn gedurende het boekjaar hebben gevoerd en dat de beleidsdoelstellingen en de mate waarin ze zijn bereikt evalueert.

○ de financiële nota van de jaarrekening die de financiële gevolgen van het gevoerde beleid weergeeft.

○ de toelichting van de jaarrekening bevat alle informatie over de verrichtingen in het ontwerp van jaarrekening die relevant zijn voor de raadsleden om met kennis van zaken een beslissing te kunnen nemen. Ze bevat minstens informatie over de schulden en de financiële risico's.

● De documentatie bij de jaarrekening bevat minstens

○ het overzicht van alle beleidsdoelstellingen die in de jaarrekening zijn opgenomen, met de bijbehorende actieplannen en acties, telkens met de bijbehorende ontvangsten en uitgaven,

○ een overzicht, per boekjaar, van de toegestane werkings- en investeringssubsidies;

○ per beleidsdomein, het overzicht van de beleidsvelden die er deel van uitmaken;

○ een overzicht van de verbonden entiteiten, waarmee alle entiteiten worden bedoeld waarvoor het bestuur de wettelijke, statutaire of feitelijke verplichting heeft om rechtstreeks of onrechtstreeks tussen te komen in verliezen of tekorten;

○ een overzicht van de personeelsinzet;

○ een overzicht van de jaarlijkse opbrengst van elke door het bestuur geheven belastingsoort.

○ overzicht van de investeringen

○ rapportage van de financieel directeur inzake VISUM

○ rapportage van de financieel directeur inzake debiteurenbeheer

● Het gecumuleerde budgettaire resultaat wordt vastgesteld op 1.233.827 euro.

● De autofinancieringsmarge bedraagt 3.867.137 euro.

Argumentatie

● De jaarrekening geeft een waar en getrouw beeld van de financiële toestand van de gemeente en het OCMW en de erin opgenomen opbrengsten, kosten, ontvangsten en uitgaven zijn wettelijk en regelmatig.

● De jaarrekening werd gecontroleerd door Moore.

● De definitieve vaststelling van de jaarrekening door de raad houdt van rechtswege kwijting in van het beheer van de algemeen directeur, de financieel directeur en van de door de algemeen directeur aangestelde rekenplichtigen en de budgethouders, voorzover de ware toestand niet werd verborgen door enige weglating of onjuiste opgave in de jaarrekening.

● De rekening 2024, opgemaakt volgens de regels van de Beleids- en BeheersCyclus (BBC2020), sluit het boekjaar af met een dubbel financieel evenwicht:

○ een positief gecumuleerd resultaat van 1,2 miljoen euro;

○ een positieve autofinancieringsmarge van 3,9 miljoen euro

● De jaarrekening is een geconsolideerde jaarrekening van het OCMW en de gemeente.

● Uit de jaarrekening 2024 blijkt dat Maldegem financieel gezond is.

● De schuld van de gemeente en het OCMW bedraagt in 2024 13,5 miljoen euro. De openstaande schuld per inwoner is 542,87 euro/inwoner. Ter vergelijking de gemiddelde schuldgraad van alle Vlaamse gemeenten en OCMW’s was 1.259 euro in 2023.

● Er werd in 2024 bijna 44 miljoen euro ontvangen. Dit is een stijging met 750K in vergelijking met 2023. Ruim 45% van die ontvangsten komen uit belastingen en 34% uit ontvangen subsidies.

● Dit geld werd gebruikt om de uitgaven te betalen van de gemeente en het OCMW, voor een totaalbedrag van 55,5 miljoen euro. Er is 14,7 miljoen minder uitgegeven dan gebudgetteerd, maar ook 6,9 miljoen euro meer dan in 2023. De stijging komt door meer uitgaven voor investeringen, maar ook in exploitatie.

● Het lokaal bestuur investeerde in 2024 ruim 15,1 miljoen euro. Ter vergelijking in 2023 werd er voor 12,8 miljoen euro geïnvesteerd.

● Bijna 49% van de exploitatie uitgaven zijn personeelsuitgaven, dit voor bijna 200 voltijdse equivalenten. De gemeente en het OCMW dragen bij in de werking van o.a. Politie, Brandweer, Zorgbedrijf, de afvalverwerkingsmaatschappij IVM en vele andere instellingen en verenigingen. In 2024 werd er 7,4 miljoen euro uitgegeven aan werkingsbijdragen voor instellingen en verenigingen.

● Er is een negatief resultaat van 4,4 miljoen euro voor boekjaar 2024. Samen met de resultaten van vorige boekjaren komen we op een gecumuleerd resultaat van 1,2 miljoen.

Besluit

23 stemmen voor: Anneke Gobeyn, Koenraad De Ceuninck, Annelies Lammertyn, Peter Van Hecke, Marten De Jaeger, Rita Verleye, Rudi De Smet, Jason Van Landschoot, Wim Swyngedouw, Nicole Maenhout, Leandra Decuyper, Dino Lateste, Kiran Van Landschoot, Timothy De Groote, Henk Deprest, Ineke Hebbrecht, Leen Anthuenis, Danté Basslé, Patrice Timmerman, Robin Van Kerschaver, Maxim Vandemoere, Christiaan Verstrynge en Valentijn De Lille

Artikel 1:

De raad voor maatschappelijk welzijn stelt de jaarrekening 2024 van het OCMW vast met een gecumuleerd budgettair resultaat van 1.233.827 euro en een autofinancieringsmarge van 3.867.137 euro.

Artikel 2:

De raad voor maatschappelijk welzijn stelt de jaarrekening 2024 vast met een boekhoudkundig resultaat van -5.816.304 euro en een balanstotaal van 122.747.568 euro.

Artikel 3:

De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van de rapporten in het deel documentatie.

Publicatiedatum: 10/10/2025

Overzicht punten

Zitting van 26 06 2025

OPENBARE ZITTING

6. WELZIJNSBAND MEETJESLAND - JAARREKENING 2024: ADVIES

Juridische gronden

● De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van de bestuurshandelingen.

● Artikel 28 §1 juncto 74 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB) bepaalt dat de vergaderingen van de raad voor maatschappelijk welzijn openbaar zijn.

● Artikel 77 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 bepaalt dat de raad voor maatschappelijk welzijn beschikt over de volheid van bevoegdheid voor de aangelegenheden die aan het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn door of krachtens de wet of het decreet zijn toevertrouwd.

● De organieke wet van 08.07.1976 betreffende de OCMW's;

● Het decreet betreffende de organisatie van de OCMW's d.d. 19.12.2008 en inzonderheid Titel VIII, Hoofdstuk I en inzonderheid op art. 490 §§ 2 en 3;

● Artikel 489 van het decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2018 betreffende de de jaarrekening

● Artikel 490 van het decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2018 stelt dat de raad voor maatschappelijk welzijn advies kan uitbrengen over de jaarrekening van de welzijnsvereniging. Als de raad voor maatschappelijk welzijn geen advies verstuurd heeft aan de toezichthoudende overheid binnen een termijn van van vijfitg dagen, die ingaat op de dag na de ontvangst van de jaarrekening door het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn, wordt hij geacht een gunstig advies te hebben uitgebracht. Als de raad voor maatschappelijk welzijn geen advies verstuurd heeft aan de toezichthoudende overheid binnen een termijn van vijftig dagen, die ingaat op de dag na de ontvangst van de jaarrekening door het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn, wordt hij geacht een gunstig advies te hebben uitgebracht.

Feiten

● De algemene vergadering van de welzijnsvereniging spreekt zich uit over de vaststelling van de jaarrekening voor 30 juni van het boekjaar dat volgt op het boekjaar waarop de rekening betrekking heeft. Een afschrift van de vastgestelde jaarrekening wordt binnen twintig dagen bezorgd aan de betrokken OCMW's, waarna de Raden voor maatschappelijk welzijn over de jaarrekening advies kunnen uitbrengen.

● De jaarrekening werd door de algemene vergadering vastgesteld op 20 mei 2025 en ontvangen door het OCMW Maldegem op 23 mei 2025.

Argumentatie

● Cijfers in de jaarrekening van OCMW en gemeente Maldegem:

● In bijlage kan de jaarrekening met uitleg teruggevonden worden.

● Er kan positief advies gegeven worden.

Besluit

23 stemmen voor: Anneke Gobeyn, Koenraad De Ceuninck, Annelies Lammertyn, Peter Van Hecke, Marten De Jaeger, Rita Verleye, Rudi De Smet, Jason Van Landschoot, Wim Swyngedouw, Nicole Maenhout, Leandra Decuyper, Dino Lateste, Kiran Van Landschoot, Timothy De Groote, Henk Deprest, Ineke Hebbrecht, Leen Anthuenis, Danté Basslé, Patrice Timmerman, Robin Van Kerschaver, Maxim Vandemoere, Christiaan Verstrynge en Valentijn De Lille

Artikel 1:

De raad voor maatschappelijk welzijn verleent positief advies over de jaarrekening 2024 van de Welzijnsband Meetjesland.

Publicatiedatum: 10/10/2025

Overzicht punten

Zitting van 26 06 2025

OPENBARE ZITTING

7. HERWERKING REGLEMENT AANZET: OPNIEUW VASTSTELLEN REGLEMENT

Juridische gronden

● Artikel 1 van de Organieke Wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn , dat bepaalt dat elke persoon recht heeft op maatschappelijke dienstverlening Deze heeft tot doel eenieder in de mogelijkheid te stellen een leven te leiden dat beantwoordt aan de menselijke waardigheid;

● De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van de bestuurshandelingen.

● Artikel 2, §1 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur (DLB) dat bepaalt dat de gemeenten en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn beogen om op het lokale niveau duurzaam bij te dragen aan het welzijn van de burgers en een burgernabije, democratische, transparante en doelmatige uitoefening van hun bevoegdheden verzekeren;

● Artikel 28 §1 juncto artikel 74 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB) bepaalt dat de vergaderingen van de raad voor maatschappelijk welzijn openbaar zijn.

● Artikel 77 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 bepaalt dat de raad voor maatschappelijk welzijn beschikt over de volheid van bevoegdheid voor de aangelegenheden die aan het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn door of krachtens de wet of het decreet zijn toevertrouwd.

● Beslissing van de raad voor maatschappelijk welzijn van 24 juni 2020 tot vaststelling van het reglement "AanZet".

● Beslissing van de raad voor maatschappelijk welzijn van 28 oktober 2021 houdende wijziging van het reglement "AanZet".

Feiten

● In het kader van het project "AanZet" kunnen inwoners , bedrijven en serviceclubs van Maldegem voor een bedrag van € 300 optreden als adoptant voor een Maldegems kind in kansarmoede. De opbrengst van deze sponsoring wordt (hoofdzakelijk) ingezet voor schoolkosten.

● Naar aanleiding van een opmerking van de rechter in een specifieke zaak die werd aanhangig gemaakt door een inwoner van Maldegem aan wie het recht op de tussenkomst in het kader van "AanZet" werd geweigerd , werd de formulering van het reglement opnieuw bekeken. Meteen werd van de gelegenheid gebruik gemaakt om het reglement , waar nodig , te actualiseren.

Argumentatie

● In artikel 1 wordt de doelgroep duidelijker omschreven.

● Aan gerechtigden op een leefloon wordt AanZet niet meer ambtshalve toegekend maar wordt de berekening gedaan op basis van de Remi-tool. Dit heeft als gevolg dat er minder leefloongenieters recht zullen hebben op AanZet.

● AanZet wordt ook niet meer automatisch voor een volledig schooljaar / academiejaar toegekend. Bij wijziging van de financiële situatie zal een nieuwe berekening gemaakt worden op basis van de Remi-tool. Daarnaast wordt het bedrag van de tussenkomst verhoudingsgewijs toegekend rekening houdend met de datum van aanvraag.

● Meerderjarige studenten moeten eerst hun eigen rechten uitgeput hebben vooraleer recht te kunnen openen op een tussenkomst via AanZet. Als er een studiebeurs is , is er geen recht op AanZet. De vraag tot aanpassing kwam vanuit de Cel Welzijn zelf, op basis van de ervaringen van de maatschappelijk werkers. De studiebeurs kan soms oplopen tot 4.000 euro. In die optiek lijkt het ons dan niet wenselijk om ook nog eens aanvullend AanZet-steun te geven. In het reglement werd in Art3 par 4 opgenomen dat kan afgeweken worden van het Reglement op basis van een gemotiveerd sociaal verslag. We hebben dus wel degelijk een uitweg voor die situaties waar het echt nodig is.

● De bepaling inzake onbetaalde schoolrekeningen die in het huidige reglement opgenomen is in artikel 1 wordt op een andere plaats in het nieuwe reglement hernomen.

● In artikel 2 §6 wordt de verwijzing naar het reglement aanvullende steun geschrapt en vervangen door een verduidelijking van de berekeningswijze van het referentiebudget.

● De formulering in artikel 3 werd verduidelijkt.

● In artikel 5 wordt expliciet opgenomen dat maximaal 1/3de van het budget kan gebruikt worden voor kosten voor de aankoop van kledij.

● Artikel 6 "Wijze van betaling" wordt vervangen door "Rapportage".

Tussenkomsten

● door schepen Annelies Lammertyn (cd&v)

● door raadslid Dino Lateste (Groen Maldegem)

Besluit

23 stemmen voor: Anneke Gobeyn, Koenraad De Ceuninck, Annelies Lammertyn, Peter Van Hecke, Marten De Jaeger, Rita Verleye, Rudi De Smet, Jason Van Landschoot, Wim Swyngedouw, Nicole Maenhout, Leandra Decuyper, Dino Lateste, Timothy De Groote, Henk Deprest, Ineke Hebbrecht, Cedric De Smet, Leen Anthuenis, Danté Basslé, Patrice Timmerman, Robin Van Kerschaver, Maxim Vandemoere, Christiaan Verstrynge en Valentijn De Lille

Artikel 1:

De raad voor maatschappelijk welzijn keurt het reglement "AanZet" goed als volgt :

Reglement Maldegem AanZet

Artikel 1: Doelgroep / gerechtigden

§1. Als gerechtigde worden beschouwd de inwoners van de gemeente Maldegem die gerechtigd zijn op de toekenning van aanvullende steun.

§2. Inwoners , gedomicilieerd en/of verblijvend op het grondgebied van de gemeente Maldegem , waarvan het gezinsinkomen lager is dan het overeenstemmende referentiebudget worden eveneens als gerechtigde beschouwd. Ook hun schoolgaande kinderen worden als gerechtigde beschouwd , voor zover die hun eigen rechten hebben uitgeput.

§3. Meerderjarige studenten gedomicilieerd en/of verblijvend op het grondgebied van de gemeente Maldegem , moeten eerst hun eigen rechten uitgeput hebben vooraleer recht te kunnen openen op tussenkomst via AanZet. Indien er een studiebeurs is , is er geen recht op AanZet. Studenten gerechtigd op een leefloon blijven gerechtigd op Aanzet voor de ganse duur van hun studies ook al verhuizen ze naar een andere gemeente.

§4. Jongeren en gezinnen toegeleid door de brugfiguren en gedomicilieerd en/of verblijvend op het grondgebied van de gemeente Maldegem , waarvan het gezinsinkomen lager is dan het overeenstemmende referentiebudget worden eveneens beschouwd als gerechtigde.

Artikel 2: Bovengrenzen

§1. De in dit reglement bepaalde bovengrenzen inzake beschikbare inkomsten zijn gebaseerd op de gezinstypologie en de overeenstemmende bedragen in het kader van de zogenaamde referentie-budgetten in het kader van REMI (Referentiebudgetten voor een Menswaardig Inkomen).

§2. Als basis voor de berekening wordt gebruik gemaakt van de budgetcalculator.

§3. Als beschikbare inkomsten worden beschouwd: alle inkomsten van welke aard dan ook,

inclusief de vrijgestelde bestaansmiddelen zoals bepaald in de RMI-wet.

§4. Inzake voordelen in natura en spaargelden geldt de berekeningswijze zoals deze bepaald

wordt in de RMI-wet en de uitvoeringsbesluiten.

§5. Bij beslag inzake achterstallig onderhoudsgeld en andere geldt het bedrag vóór beslag als

meerekenbaar inkomen.

§6. Het referentiebudget wordt als volgt berekend:

● Inzake huur / hypotheek wordt rekening gehouden met het reëel bedrag van de huishuur of hypotheek dus zonder begrenzing.

● Inzake de verbruikskosten (energie / water / verwarming) wordt rekening gehouden met het reëel bedrag van de verbruikskosten (energie / water / verwarming).

● Deze verbruikskosten worden verhoogd met het bedrag van de effectieve maandelijkse afbetaling voor zogenaamde overlevingsschulden (water , verwarming en elektriciteit) in zoverre deze buiten de eventuele minnelijke of gerechtelijke aanzuiveringsregeling in het kader van de collectieve schuldenregeling vallen.

● Voor inwonenden zijn de toerekenbare uitgaven beperkt tot de effectief betaalde vergoedingen en bijdragen voor inwonen.

● Effectief betaalde onderhoudsgelden worden beschouwd als toerekenbare uitgaven met een maximum van 150 euro per maand per kind.

Dit maximumbedrag zal per 1 januari geïndexeerd worden via volgende formule:

Basistarief x nieuwe index = geïndexeerd tarief

aanvangsindex

Aanvangsindex = gezondheidscijfer van oktober 2024.

Nieuwe index : gezondheidsindexcijfer van oktober voorafgaand aan 1 januari.

Het geïndexeerd tarief wordt afgerond als volgt:

Van 0 tot 0,99 euro: op dichtste veelvoud van 5 cent

Van 1 tot 19,99 euro: op dichtste veelvoud van 50 cent

Vanaf 20 euro: op één euro

Als twee veelvouden even dicht liggen , wordt het bedrag afgerond naar boven.

Artikel 3: Onderzoek

§1. Elke tussenkomst kan slechts toegekend worden op basis van een individueel sociaal verslag , waarbij het vervuld zijn van de in dit reglement opgenomen toekenningsvoorwaarden afgetoetst en onderzocht wordt.

§2. Bij gerechtigden op leefloon of equivalent leefloon wordt AanZet ten laatste berekend bij opmaak van het GPMI en toekenning van aanvullende steun. Het recht op AanZet wordt in dit geval toegekend met terugwerkende kracht tot de eerste dag van de maand waarin het leefloon wordt toegekend.

§3 . Indien er onbetaalde schoolrekeningen zijn worden de in dit reglement bepaalde tussenkomsten slechts toegekend in zoverre er een afbetalingsplan werd opgemaakt dat ook effectief nageleefd wordt.

§4. Het Bijzonder Comité voor de Sociale Dienst kan:

● op basis van een gemotiveerd sociaal verslag een uitzondering toestaan op de in dit reglement opgenomen tussenkomsten;

● op gemotiveerde basis de in het sociaal verslag opgenomen voorgestelde tussenkomsten weigeren.

§5. De voorwaarden van het reglement moeten (blijvend) vervuld zijn in de loop van het schooljaar , zoniet vervalt het recht op AanZet.

Artikel 4: Duur

De toekenning van de tussenkomst start vanaf de eerste dag van de maand van de aanvraag en duurt zolang men aan de voorwaarden voldoet.

Elke tussenkomst wordt toegekend voor maximaal één schooljaar.

Artikel 5: Tussenkomsten

§1. Deze toelage kan aangewend worden voor de kosten van alle uitgaven gerelateerd aan de opvoeding van de jongeren , met bijzondere aandacht voor de schoolkosten en -uitgaven.

Maximaal 1/3de van het budget kan gebruikt worden voor kosten voor de aankoop van kledij.

§2. Bedragen:

1. voor baby’s tot en met kinderen uit het lager onderwijs wordt het bedrag bepaald op 450 euro per schooljaar ,

2. voor jongeren uit de eerste graad secundair onderwijs 550 euro per schooljaar ,

3. voor jongeren uit de tweede graad secundair onderwijs 650 euro per schooljaar ,

4. voor jongeren uit de derde graad secundair onderwijs 850 euro per schooljaar ,

5. voor jongeren uit het hoger onderwijs / universiteit 950 euro per schooljaar.

Bovenvermelde tussenkomsten kunnen eventueel ook buiten de normale duurtijd van de

bedoelde studies toegekend worden op basis van een gemotiveerd individueel sociaal verslag.

Deze bedragen worden pro rata toegekend op basis van de eerste dag van de maand van de aanvraag.

§3. Voor kosten in kader van een geïntegreerde werkproef (GWP) kan een bedrag toegekend worden van maximaal 150 euro per schooljaar.

Dit bedrag wordt pro rata toegekend op basis van de eerste dag van de maand van de aanvraag.

Voor de gerechtigden op een tussenkomst in kader van het Reglement betreffende socioculturele participatie dient eerst de daarvoor voorziene tussenkomst aangewend te worden.

Artikel 6: Rapportage

Op het eind van elk schooljaar wordt over de besteding van de toelagen AanZet gerapporteerd aan het Bijzonder Comité voor de Sociale Dienst.

Artikel 7: Inwerkingtreding

Dit reglement treedt in werking voor tussenkomsten toe te kennen vanaf het schooljaar 2025-2026.

Artikel 2:

Het reglement "AanZet" zoals goedgekeurd door de raad voor maatschappelijk welzijn in zitting van 24 juni 2020, en gewijzigd in zitting van 28 oktober 2021, wordt opgeheven en met ingang van aanvragen voor het schooljaar 2025-2026 vervangen door bovenstaand reglement , vastgesteld in zitting van vandaag.

Publicatiedatum: 10/10/2025

Overzicht punten

Zitting van 26 06 2025

OPENBARE ZITTING

8. OPHEFFING REGLEMENT INZAKE FINANCIËLE TUSSENKOMST IN DE AANKOOP VAN DIENSTENCHEQUES: GOEDKEURING

Juridische gronden

● Artikel 1 van de Organieke Wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn , dat bepaalt dat elke persoon recht heeft op maatschappelijke dienstverlening Deze heeft tot doel eenieder in de mogelijkheid te stellen een leven te leiden dat beantwoordt aan de menselijke waardigheid;

● De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van de bestuurshandelingen.

● Artikel 2, §1 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur (DLB) dat bepaalt dat de gemeenten en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn beogen om op het lokale niveau duurzaam bij te dragen aan het welzijn van de burgers en een burgernabije , democratische , transparante en doelmatige uitoefening van hun bevoegdheden verzekeren;

● Artikel 28 §1 juncto artikel 74 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB) bepaalt dat de vergaderingen van de raad voor maatschappelijk welzijn openbaar zijn.

● Artikel 77 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 bepaalt dat de raad voor maatschappelijk welzijn beschikt over de volheid van bevoegdheid voor de aangelegenheden die aan het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn door of krachtens de wet of het decreet zijn toevertrouwd.

● Beslissing van de raad voor maatschappelijk welzijn van 15 december 2015 houdende vaststelling van het steunreglement inzake de financiële tussenkomst bij de aankoop van dienstencheques.

Feiten

● Op de raad voor maatschappelijk welzijn van 15 december 2015 werd een gewijzigd steunreglement goedgekeurd voor de financiële tussenkomst in de aankoop van dienstencheques.

● Het oorspronkelijke steunreglement kwam er nadat de (sociale) poetsdienst in 2007 omgevormd werd tot een dienstenchequesonderneming.

● Dit steunreglement heeft tot doel een structurele tussenkomst te voorzien in de kostprijs van de aankoop van dienstencheques voor bepaalde categorieën gebruikers. De structurele tussenkomst is gebaseerd op het verschil tussen de werkelijke kostprijs van een dienstencheque en de basisbijdrage die berekend wordt in het kader van het financieel onderzoek.

● De toepassing van het reglement gebeurt op basis van het aanslagbiljet van de administratie der directe belastingen.

● De eventuele toekenning van de tussenkomst gebeurt na een sociaal en fiscaal onderzoek.

● Voor die personen waar een tussenkomst wordt toegekend , worden de dienstencheques op naam van de gebruiker besteld door de administratie van het OCMW. De kostprijs , verminderd met de toegekende tussenkomst , wordt na bestelling gefactureerd aan de gebruiker.

● We merken dat elk jaar minder aanvragen hiervoor gebeuren.

● In 2024 deden 4 personen een aanvraag. Dit jaar hebben twee personen alvast laten weten hier niet langer beroep op te willen doen. Een persoon omwille van definitieve opname in een WZC , de andere persoon na een opname in een WZC in kortverblijf na een langdurige hospitalisatie . Vermoedelijk zal langer zelfstandig thuis wonen niet meer mogelijk zijn en zal er ook niet verder poetshulp met dienstencheques nodig zijn.

● Nieuwe aanvragen zijn er niet.

Argumentatie

● Er is steeds minder vraag naar een tussenkomst in de kostprijs van dienstencheques.

● In 2025 is er nog voor twee personen een tussenkomst. In het ene geval gaat het over €1 per dienstencheque , in het andere geval €0.30 per dienstencheque. Voor deze personen wordt gekeken of er nog nood is aan tussenkomst en of die op een andere manier kan georganiseerd worden.

● Er zijn , naast dit weinig gebruikte reglement , meer aangepaste manieren om personen die nood hebben aan ondersteuning te helpen.

● De toepassing van het reglement is (administratief) omslachtig.

Adviezen

● Gelet op de geringe vraag , de lage financiële tussenkomst en de andere mogelijke steunvormen , wordt voorgesteld om niet langer een tussenkomst in de kostprijs van dienstencheques aan te bieden vanaf 1 juli 2025.

Besluit

23 stemmen voor: Anneke Gobeyn, Koenraad De Ceuninck, Peter Van Hecke, Marten De Jaeger, Rita Verleye, Rudi De Smet, Jason Van Landschoot, Wim Swyngedouw, Nicole Maenhout, Leandra Decuyper, Dino Lateste, Kiran Van Landschoot, Timothy De Groote, Henk Deprest, Ineke Hebbrecht, Cedric De Smet, Leen Anthuenis, Danté Basslé, Patrice Timmerman, Robin Van Kerschaver, Maxim Vandemoere, Christiaan Verstrynge en Valentijn De Lille

Artikel 1:

De raad voor maatschappelijk welzijn gaat akkoord met de opheffing van het steunreglement inzake de financiële tussenkomst bij de aankoop van dienstencheques.

Artikel 2:

Deze beslissing gaat in op 1 juli 2025.

Publicatiedatum: 10/10/2025

Overzicht punten

Zitting van 26 06 2025

OPENBARE ZITTING

9. SAMENWERKING GEZONDHEIDSMAKERS

Juridische gronden

● De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van de bestuurshandelingen.

● Artikel 28 § 1 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 waarin wordt bepaald dat dit punt in openbare zitting behandeld wordt.

● Artikel 40 § 1 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 waarin wordt bepaald dat de gemeenteraad beschikt over de volheid van bevoegdheid ten aanzien van de gemeentelijke aangelegenheden.

● Artikel 41 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 waarin wordt bepaald dat volgende bevoegdheden niet aan het college van burgemeester en schepenen kunnen worden toevertrouwd:

5° het goedkeuren van beheers- en samenwerkingsovereenkomsten.

● Het decreet van 26 april 2019 betreffende de organisatie van de eerstelijnszorg , de regionale zorgplatformen en de ondersteuning van de eerstelijnszorgaanbieders.

Feiten

● In Vlaanderen en Brussel waren jarenlang 15 Logo’s (Locoregionaal Gezondheidsoverleg en -Organisatie) actief. Vanaf 2025 bundelen de Vlaamse Logo’s hun krachten in één organisatie: Gezondheidsmakers.

● Gezondheidsmakers vzw ondersteunt het lokaal preventief gezondheidsbeleid om gezonder leven voor iedereen evident en toegankelijk te maken. Gezondheidsmakers levert maatwerk dat is afgestemd op de noden van het lokaal bestuur.

● Er kan tijdens deze legislatuur ook het charter "Gezonde Gemeente" ondertekend worden. Door het ondertekenen van het charter "Gezonde Gemeente" engageert het lokaal bestuur zich om werk te maken van een duurzaam preventief gezondheidsbeleid.

● Het charter werd ondertekend op donderdag 12 juni 2025 om 11u bij Clemenspoort vzw in Gent (Overwale 3, 9000 Gent), inclusief een fotomoment.

○ Hierin zijn 3 opties: een niet-betalende samenwerking en twee betalende samenwerkingen (meer informatie in bijlage).

■ In het gratis basisdienstverleningspakket zit al heel wat ondersteuning van Gezondheidsmakers naar lokale besturen. In het verleden werd dan ook gekozen om niet in te stappen in de betalende versie.

Basisdienstverlening bestaat uit:

● Gezondheidsmakers als aanspreekpunt voor gezondheidsbevordering en ziektepreventie.

● Planningsgesprek (op basis van het meerjarenplan en de gezondheidsmatrix worden de thema's bepaald samen met de bevoegde schepenen en ambtenaren).

● Informeren met betrekking tot Vlaamse methodieken (advies koppelen om deze methodieken kwaliteitsvol te implementeren).

● Adviseren , informeren en inspireren: deelname aan diverse overlegfora.

● Informeren over beleidsmatige tools (win-win-fiches , 7-stappenplan, ...)

● Lokale noden rond gezondheidsbevordering en ziektepreventie detecteren en signaleren aan de Vlaamse Overheid en partnerorganisaties.

● Pleitbezorging rond investering in preventieve gezondheidszorg.

● Gezondheid in andere beleidsdomeinen (sport , omgeving , milieu , senioren , onderwijs , cultuur , ...)
Op vraag van het lokaal bestuur kan een overleg met alle betrokken diensten georganiseerd worden.

● Netwerk GezondheidsPromotie (NGP): gaat drie maal per jaar door.

● Gezondheidsgerelateerde milieuvragen

● Woningonderzoek van de kwaliteit van het binnenmilieu (risico-inschatting en advies).

● Pool lesgevers.

● Jaarkalender en jaarplanning.

● Standaard thematische content bezorgen.

● Materialen ontlenen (banners , educatieve pakketten , tentoonstellingen , ...).

● Drukwerk (flyers , affiches , brochures , ...).

● Cijfers: infographics op zowel gemeentelijk als op Vlaams niveau.

■ De standaard betalende versie vereist een bijdrage van € 0,12 per inwoner (voor Maldegem komt dit neer op € 3 000 ongeveer). Hiervoor krijg je als Lokaal Bestuur 5 credits ter beschikking die je vrij kan inzetten voor dienstverlening op maat. Enkele voorbeelden hiervan:

● Algemeen:

○ overleg en netwerkmomenten (trekkende rol opnemen , toelichting principes gezondheidsbevordering , ...),

○ communicatie (persbericht , ondersteuning bij schrijven subsidiedossier , ...),

○ kwetsbare groepen (algemene toelichting gezondheidsvaardigheden , ...)

○ algemene projecten en acties (opmaak cijferrapporten , opmaak gezondheidsmatrix , ...).

● Thematisch:

○ Geestelijke gezondheid

○ Voeding en beweging

○ Valpreventie

○ Tabak-, alcohol- en drugpreventie

○ Preventieve mondzorg

○ Gezondheid en milieu

○ Gezonde publieke ruimte

○ Bevolkingsonderzoeken - kankeropsporing

■ Een samenwerkingsovereenkomst op maat kan ook worden opgesteld. De kostprijs hiervan maakt deel uit van onderhandelingen met Gezondheidsmakers.

Argumentatie

● Gezondheidsmakers staat voor een dienstverlening waarbij lokale noden in kaart worden gebracht , prioriteiten worden gesteld , initiatieven worden opgestart ,.. om een preventief gezondheidsplan in de praktijk uit te voeren. Dit gebeurt allemaal in samenwerking met het lokaal bestuur.

● De samenwerking met gezondheidsmakers impliceert ook ondersteuning in al de preventieve acties om de gezondheid van de Maldegemnaar te bevorderen.

● De algemeen directeur herinnert aan alle feitelijke en wettelijke bepalingen.

Adviezen

● Er wordt voorgesteld om de niet-betalende samenwerking aan te gaan. We zien op zich geen grote meerwaarde in de betalende samenwerking.

Financiële weerslag

● De meeste projecten worden financieel gedragen door Gezondheidsmakers. Buiten de personeelsinzet is er geen financiële weerslag voor het lokaal bestuur.

● Indien beslist wordt om beroep te doen op de betalende functies van Gezondheidsmakers , komt er een financiële kost bij van € 0,12 euro per inwoner (= € 3 000). Dit budget is momenteel nog niet voorzien.

Besluit

23 stemmen voor: Anneke Gobeyn, Koenraad De Ceuninck, Peter Van Hecke, Marten De Jaeger, Rita Verleye, Rudi De Smet, Jason Van Landschoot, Wim Swyngedouw, Nicole Maenhout, Leandra Decuyper, Dino Lateste, Kiran Van Landschoot, Timothy De Groote, Henk Deprest, Ineke Hebbrecht, Cedric De Smet, Leen Anthuenis, Danté Basslé, Patrice Timmerman, Robin Van Kerschaver, Maxim Vandemoere, Christiaan Verstrynge en Valentijn De Lille

Enig artikel:

De raad voor maatschappelijk welzijn gaat akkoord om de niet-betalende optie van de samenwerkingsovereenkomst met Gezondheidsmakers te ondertekenen , wat een engagement inhoudt om de komende 6 jaar opnieuw werk te maken van preventieve gezondheid.

Publicatiedatum: 10/10/2025

Overzicht punten

Zitting van 26 06 2025

OPENBARE ZITTING

10. STOPZETTING SAMENWERKINGSOVEREENKOMST AUTODELEN VOOR IEDEREEN MET ROLSTOELVRIENDELIJKE AUTO'S (AVIRA): GOEDKEURING

Juridische gronden

● Artikel 1 van de Organieke Wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, dat bepaalt dat elke persoon recht heeft op maatschappelijke dienstverlening Deze heeft tot doel eenieder in de mogelijkheid te stellen een leven te leiden dat beantwoordt aan de menselijke waardigheid;

● De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van de bestuurshandelingen.

● Artikel 2, §1 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur (DLB) dat bepaalt dat de gemeenten en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn beogen om op het lokale niveau duurzaam bij te dragen aan het welzijn van de burgers en een burgernabije, democratische, transparante en doelmatige uitoefening van hun bevoegdheden verzekeren;

● Artikel 28 §1 juncto artikel 74 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB) bepaalt dat de vergaderingen van de raad voor maatschappelijk welzijn openbaar zijn.

● Artikel 77 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 bepaalt dat de raad voor maatschappelijk welzijn beschikt over de volheid van bevoegdheid voor de aangelegenheden die aan het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn door of krachtens de wet of het decreet zijn toevertrouwd.

● Beslissing van de raad voor maatschappelijk welzijn van 25 augustus 2015 houdende principieel akkoord over de samenwerking met AVIRA om de rolstoelvriendelijke voertuigen van het OCMW ter beschikking te stellen 's avonds en in het weekend via autodelen.

Feiten

● Sinds 2015 werkt het OCMW Maldegem samen met Autopia in het kader van het AVIRA-project (Autodelen Voor Iedereen met Rolstoelvriendelijke Auto's).

● Via deze samenwerking werden de auto's van de mindermobielencentrale op weekdagen vanaf 18u 's avonds en tijdens het weekend (vrijdag 18u tot zondag 24u) ter beschikking gesteld van inwoners die occasioneel nood hebben aan een aangepast voertuig.

● Het systeem is echter geen groot succes. Het afgelopen jaar was er geen enkele aanvraag. Ook de vorige jaren waren er geen tot nauwelijks aanvragen.

● De meerwaarde van dit systeem, naast de mindermobielen centrale en het Cambio-systeem, kan in vraag gesteld worden.

● Ook met de Vierklaver vzw was een afspraak dat zij in het kader van het AVIRA-project konden gebruik maken van de voertuigen van het OCMW. Ook hier werd van deze mogelijkheid weinig tot geen gebruik gemaakt. Het afgelopen jaar was ook hier geen enkele aanvraag.

● Een samenwerkingsovereenkomst met modaliteiten voor een opzegging is nergens meer terug te vinden.

● Het jaarlijks lidmaatschap bedraagt €25, voor 2025 werd dit nog niet betaald. De financiële dienst liet weten dat op heden in de boekhouding niets meer binnenkomt of wordt gefactureerd.

Argumentatie

● Gelet op het zeer geringe succes van het project AVIRA wordt voorgesteld om dit stop te zetten.

Besluit

23 stemmen voor: Anneke Gobeyn, Koenraad De Ceuninck, Peter Van Hecke, Marten De Jaeger, Rita Verleye, Rudi De Smet, Jason Van Landschoot, Wim Swyngedouw, Nicole Maenhout, Leandra Decuyper, Dino Lateste, Kiran Van Landschoot, Timothy De Groote, Henk Deprest, Ineke Hebbrecht, Cedric De Smet, Leen Anthuenis, Danté Basslé, Patrice Timmerman, Robin Van Kerschaver, Maxim Vandemoere, Christiaan Verstrynge en Valentijn De Lille

Artikel 1:

De raad voor maatschappelijk welzijn gaat akkoord met de stopzetting van de samenwerkingsovereenkomst in het kader van het AVIRA-project.

Artikel 2:

Deze beslissing heeft uitwerking met ingang van 1 juli 2025.

Publicatiedatum: 10/10/2025

Overzicht punten

Zitting van 26 06 2025

OPENBARE ZITTING

11. VRAGEN VAN RAADSLEDEN

Juridische gronden

● Artikel 21 juncto artikel 74 Decreet Lokaal Bestuur:
Gemeenteraadsleden kunnen uiterlijk 5 dagen voor de vergadering punten aan de agenda toevoegen. Hiertoe bezorgen ze hun toegelicht voorstel van beslissing aan de algemeen directeur, die de voorstellen bezorgt aan de voorzitter van de gemeenteraad.

● Artikel 38, 5°juncto 74 Decreet Lokaal Bestuur:
De raad voor maatschappelijk welzijn stelt bij de aanvang van de zittingsperiode een huishoudelijk reglement vast waarin aanvullende maatregelen worden opgenomen voor de werking van de raad en waarin minstens bepalingen worden opgenomen over:
5° de voorwaarden waaronder de gemeenteraadsleden hun recht uitoefenen om aan de voorzitter en de leden van het vast bureau mondelinge en schriftelijke vragen te stellen.

● Artikel 278 §1 Decreet Lokaal Bestuur:
De notulen van de vergaderingen van raad voor maatschappelijk welzijn vermelden ... alle besproken onderwerpen, alsook het gevolg dat is gegeven aan de punten waarover de raad voor maatschappelijk welzijn geen beslissing heeft genomen.

● Artikel 7 van het Huishoudelijk reglement van de gemeenteraad en de OCMW-raad, vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn in zitting van 25 september 2019, waarin de voorwaarden waaronder de raadsleden hun recht uitoefenen om aan de voorzitter en de leden van het vast bureau vragen te stellen, zijn opgenomen.

Feiten

● Door raadslid Dino Lateste werd volgende vraag aan de leden van het vast bureau ingediend:

○ Wijziging reglement aanvullende steun

○ Antwoord door schepen Marten De Jaeger.

Publicatiedatum: 10/10/2025