Notulen raad voor maatschappelijk welzijn van 24 11 2022

 

Aanwezig:

Marten De Jaeger, Voorzitter RMW;

Koenraad De Ceuninck, Voorzitter Vast Bureau;

Peter T. Van Hecke, Stefaan Standaert, Annelies Lammertyn, Nicole Maenhout, Danny Vannevel en Valerie Taeldeman, Leden vast bureau;

Anneke Gobeyn, Jason Van Landschoot, Peter E. Van Hecke, Bart Van Hulle, Wim Swyngedouw, Leandra Decuyper, Dino Lateste, Kiran Van Landschoot, Henk Deprest, Christine Verplaetse, Timothy De Groote, Jan De Metsenaere, Eva Willems, Hilde Versluys, Stefaan Heyndrikx, Cindy De Baets, Ineke Hebbrecht, Cedric De Smet en Evelien Van De Putte, Raadsleden;

Koen Cromheecke, Algemeen directeur wn..

 

Overzicht punten

 

Zitting van 24 11 2022

 

OPENBARE ZITTING

 

1.   MEDEDELINGEN

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/12/2022
Overzicht punten

 

Zitting van 24 11 2022

 

OPENBARE ZITTING

 

2.   GOEDKEUREN NOTULEN EN AUDIOVISUELE LIVESTREAMOPNAME VAN DE RAAD VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN VAN 27 OKTOBER 2022

 

Juridische gronden

        De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van de bestuurshandelingen.

        Artikel 28, §1 juncto artikel 74 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 waarin wordt bepaald dat de vergaderingen van de raad voor maatschappelijk welzijn openbaar zijn.

        Artikel 32 juncto artikel 74 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 dat bepaalt dat behalve in spoedeisende gevallen de notulen van de vorige vergadering ten minste acht dagen voor de dag van de vergadering ter beschikking worden gesteld van de raadsleden en dat het huishoudelijk reglement de wijze bepaalt waarop de notulen ter beschikking worden gesteld.

Dat verder bepaalt dat elk raadslid het recht heeft om tijdens de vergadering opmerkingen te maken over de redactie van de notulen van de vorige vergadering. Als die opmerkingen door de raad voor maatschappelijk welzijn worden aangenomen, worden de notulen in die zin aangepast en dat ook nog verduidelijkt dat als er geen opmerkingen worden gemaakt over de notulen van de vorige vergadering, de notulen als goedgekeurd beschouwd worden.

        Artikel 77 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017  waarin wordt bepaald dat de raad voor maatschappelijk welzijn beschikt over de volheid van bevoegdheid voor de aangelegenheden die aan het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn door of krachtens de wet of het decreet zijn toevertrouwd.

        Het besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 27 februari 2019 waarbij de raad beslist het zittingsverslag te vervangen door een audio- of audiovisuele opname.

 

Feiten

        De notulen werden ten minste acht dagen voor de dag van de vergadering ter beschikking gesteld van de raadsleden.

        De audiovisuele opname werd gelivestreamd tijdens de zitting van 27 oktober 2022 en bleef sindsdien gepubliceerd op de gemeentelijke website onder 'Vergaderingen OCMW-raad': zie https://web-maldegem.streamovations.be

        Er werden geen opmerkingen gemaakt.

Tussenkomst raadsleden

 

Besluit

 

27 stemmen voor: Marten De Jaeger, Koenraad De Ceuninck, Peter T. Van Hecke, Stefaan Standaert, Annelies Lammertyn, Nicole Maenhout, Danny Vannevel, Valerie Taeldeman, Anneke Gobeyn, Jason Van Landschoot, Peter E. Van Hecke, Bart Van Hulle, Wim Swyngedouw, Leandra Decuyper, Dino Lateste, Kiran Van Landschoot, Henk Deprest, Christine Verplaetse, Timothy De Groote, Jan De Metsenaere, Eva Willems, Hilde Versluys, Stefaan Heyndrikx, Cindy De Baets, Ineke Hebbrecht, Cedric De Smet en Evelien Van De Putte

 

 

Artikel 1:

De raad voor maatschappelijk welzijn keurt de notulen en de audiovisuele livestreamopname van de zitting van de raad van 27 oktober 2022 goed.

 

Artikel 2:

De voorzitter en de algemeen directeur worden gemandateerd om de notulen na deze goedkeuring te ondertekenen.

 

 

Publicatiedatum: 21/12/2022
Overzicht punten

 

Zitting van 24 11 2022

 

OPENBARE ZITTING

 

3.   AANPASSING REGLEMENT AANVULLENDE STEUN

 

Juridische gronden

           De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van de bestuurshandelingen.

           Artikel 28 §1 juncto artikel 74 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB) bepaalt dat de vergaderingen van de raad voor maatschappelijk welzijn openbaar zijn.

           Artikel 77 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 bepaalt dat de raad voor maatschappelijk welzijn beschikt over de volheid van bevoegdheid voor de aangelegenheden die aan het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn door of krachtens de wet of het decreet zijn toevertrouwd.

           Het besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 19 mei 2022 waarbij het gewijzigd reglement voor de aanvullende steun werd goedgekeurd.

 

Feiten

           We stellen vandaag vast dat de vragen tot financiële hulp in het kader van de huidige energiecrisis uitblijven.

 

Argumentatie

           Dit is deels te wijten aan het feit dat veel inwoners hun afrekening nog niet ontvingen.

           Daarnaast is het ook te wijten aan het feit dat 1 van de voorwaarden om gerechtigd te zijn op de Energietoelage het recht op verhoogde Tegemoetkoming voor gezondheidszorgen (RVV) is.

           Wie gerechtigd is op het RVV heeft tevens recht op het Sociaal Tarief Energie waardoor de energiefacturen beperkt blijven.de overheid beslist om het Sociaal Tarief Energie te verlengen tot 31.03.2023.

           Rekening houdend hiermee stellen we dan ook voor om in Artikel 2 § 5 de voorwaarde "gerechtigd zijn op de RVV of aan de voorwaarden voldoen" te schrappen

           De algemeen directeur herinnert aan alle feitelijke en wettelijke bepalingen.

 

Adviezen

        Het BCSD gaf in zitting van 24 oktober 2022 een positief advies met dien verstande dat gewijzigde doelgroep opgenomen in Artikel 2 § 5 in voege gaat vanaf 1 november 2022 tot en met 30 april 2023.

        Gevraagd wordt om tevens akkoord te gaan om de wijzigingen aan het reglement Aanvullende Steun kenbaar te maken via een artikel in het Vrij Maldegem.

        Het Vast Bureau van 7 november 2022 gaf positief advies om het aangepast reglement ter goedkeuring voor te leggen op de Raad voor Maatschappelijk Welzijn mits het herformuleren van Art2§5 met dien verstande dat wijziging in voege gaat vanaf 1 november 2022 tot en met 30 april 2023.

 

 

Financiële weerslag

 

Subsidie Energiefonds 2022:

Totaal 184.836,60 euro

Tussenkomsten in niet betaalde rekeningen en preventief beleid: 20.227,65 euro

Personeelskosten: 164.608,95 euro

Extra subsidie binnen het Energiefonds (voor personen niet gerechtigd op het sociaal tarief): 8.675,85 euro.

 

Voorziene eigen middelen ikv het Reglement Aanvullende steun na budgetbespreking met de financiële dienst:

2022: 125.000 euro

2023: 275.000 euro

Deze budgetten zullen na evaluatie bijgestuurd worden indien nodig.

 

Besluit

 

27 stemmen voor: Marten De Jaeger, Koenraad De Ceuninck, Peter T. Van Hecke, Stefaan Standaert, Annelies Lammertyn, Nicole Maenhout, Danny Vannevel, Valerie Taeldeman, Anneke Gobeyn, Jason Van Landschoot, Peter E. Van Hecke, Bart Van Hulle, Wim Swyngedouw, Leandra Decuyper, Dino Lateste, Kiran Van Landschoot, Henk Deprest, Christine Verplaetse, Timothy De Groote, Jan De Metsenaere, Eva Willems, Hilde Versluys, Stefaan Heyndrikx, Cindy De Baets, Ineke Hebbrecht, Cedric De Smet en Evelien Van De Putte

 

 

Artikel 1:

De Raad voor maatschappelijk welzijn gaat akkoord met de voorgestelde wijzigingen en uitbreiding aan het reglement Aanvullende steun en stelt het gewijzigd reglement vast als volgt:

 

    REGLEMENT AANVULLENDE STEUN

 

Artikel 1

§1 - Dit reglement regelt de door het OCMW van Maldegem voorziene tussenkomsten inzake aanvullende financiële steun ten behoeve van inwoners.

 

Artikel 2

§1 - De gerechtigden op de in het kader van dit reglement voorziene tussenkomsten zijn

        de inwoners van Maldegem, effectief verblijvend en gedomicilieerd te Maldegem en dit sedert tenminste drie maanden

        inwoners van Maldegem die hier niet sedert tenminste drie maanden verblijven kunnen eveneens recht openen op de tussenkomsten in zoverre ze over een geldige verblijfstitel beschikken

        en die over een inkomen beschikken lager dan het referentiebudget

 

§2 - Aanvullende bepalingen:

  1. Voor (equivalent) leefloongerechtigden geldt dat de tussenkomsten enkel kunnen toegekend worden in zoverre er een geldig en lopend GPMI (geïndividualiseerd project voor maatschappelijke integratie) is.
  2. Voor cliënten in budgetbeheer/budgetbegeleiding en/of collectieve schuldenregeling geldt dat de tussenkomsten enkel kunnen toegekend worden in zoverre er een geldige overeenkomst budgetbeheer of budgetbegeleiding is of er een collectieve schuldenregeling met begeleiding lopend is.
  3. Voor inwoners bij wie een budgetmeter geplaatst werd en waar voor een eerste maal schulden ingebouwd werden in de budgetmeter én via regelmatige opladingen gedeeltelijk afbetaald worden en dit zolang er schulden ingebouwd zijn/werden in de budgetmeter.
  4. Inwoners met energie- of waterschulden in zoverre er een lopend afbetalingsplan is en dit afbetalingsplan ook nageleefd wordt.
  5. Voor inwoners die eigenaar zijn onroerende goederen geldt het recht alleen als het gaat om hoogstens 1 bescheiden woning waarvan het niet geïndexeerd KI niet meer bedraagt dan 745 euro en waarvoor nog een hypothecaire lening  lopende is.

 

§3 - Komen niet in aanmerking:

        Loi-bewoners

        Rusthuisbewoners 

 

§4 - Op basis van een individueel en onderbouwd sociaal verslag kan het Bijzonder Comité voor de Sociale Dienst beslissen om de in dit reglement voorziene tussenkomsten ook toe te kennen aan inwoners die niet voldoen aan de voorwaarden opgenomen in artikel 2 §2.

 

 

Artikel 3 – Berekening

De voorziene tussenkomsten zijn het resultaat van een berekening waarbij gebruik gemaakt wordt van de budgetcalculator die door CEBUD ontwikkeld werd. Bij de berekening wordt het verschil gemaakt tussen enerzijds de beschikbare inkomsten en anderzijds het overeenstemmende referentiebudget, dat het resultaat is van het gebruik van de budgetcalculator en dat als noodzakelijk beschouwd wordt om een menswaardig leven te kunnen leiden.

De inkomsten, uitgaven en spaargelden worden gestaafd adhv rekeninguittreksels van de voorbije drie maand.

 

 

 

Artikel 4 – Meerekenbare inkomsten

§1 - Als beschikbare inkomsten worden beschouwd: alle inkomsten van welke aard dan ook, inclusief de vrijgestelde bestaansmiddelen zoals bepaald in de RMI-wet.

 

§2 - Inzake voordelen in natura en spaargelden geldt de berekeningswijze zoals deze bepaald wordt in de RMI-wet en de uitvoeringsbesluiten.

 

§3 - Bij beslag inzake achterstallig onderhoudsgeld en andere geldt het bedrag vóór beslag als meerekenbaar inkomen.

 

§4 - Inzake socio-culturele participatie, Uit-Pas met kansentarief en tussenkomsten AanZet wordt voor de gerechtigden op deze tussenkomst een maximaal ‘trekkingsrecht’ berekend.

Voor de gerechtigden inzake socio-culturele participatie en Uit-Pas met kansentarief wordt dit maximaal trekkingsrecht geraamd op 100 euro per persoon op jaarbasis. Dit bedrag wordt als inkomen aanzien bij berekening van de Aanvullende Steun.

Voor degenen die enkel gerechtigd zijn op de Uit-Pas met kansentarief wordt dit maximaal trekkingsrecht tevens geraamd op 100 euro per persoon op jaarbasis. Dit bedrag wordt dus in rekening genomen bij berekening van de Aanvullende Steun.

 

De gerechtigden bedoeld in artikel 2,  §2.c,d en e zijn niet gerechtigd op een tussenkomst inzake socio-culturele participatie.

 

Voor de gerechtigden op AanZet  wordt het maximaal trekkingsrecht berekend en volledig in aanmerking genomen als inkomen bij berekening van de Aanvullende Steun.

 

§5 - Eenzelfde regeling als bepaald in artikel 4, §4 geldt voor de berekening van het meerekenbaar inkomen uit de tussenkomsten inzake ‘minimale levering aardgas’ en ‘verwarmingstoelage in het kader van het stookoliefonds’.

 

§6 - Meerekenbare inkomsten ikv de Sociale Kruidenier: bij elke berekening van de Aanvullende Steun wordt er reeds rekening gehouden met een voordeel van € 10 per maand voor het eerste gezinslid en 5 euro per maand voor elk bijkomend gezinslid.

§7 - Toegekende huurwaarborgen, installatiepremies, en andere tussenkomsten worden niet als inkomen beschouwd met uitzondering van de huursubsidie.

 

§8 - Voor mensen in collectieve schuldenregeling:

        verbonden aan een traject Budgetbeheer/Budgetbegeleiding wordt het bedrag dat maandelijks vanuit de collectieve schuldenregeling doorgestort wordt als meerekenbaar inkomen beschouwd. Dit inkomen wordt verhoogd met 5 procent.

        en gerechtigd op een leefloon of een inkomen gelijk aan het leefloon wordt rekening gehouden met alle effectieve inkomsten verminderd met 5 %.

        met een ander inkomen boven het leefloonbarema wordt rekening gehouden met alle effectieve inkomsten verminderd met 10 %.

 

Artikel 5 – Gezinssamenstelling

§1 - Voor de toepassing van dit reglement wordt als alleenstaande elke effectief alleenwonende persoon beschouwd.

 

§2 - Alleenstaanden met kinderlast worden voor de toepassing van dit reglement als gezin beschouwd.

 

§3 - Samenwonenden worden, ongeacht hun onderlinge relatie, als gezin beschouwd, op voorwaarde dat alle samenwonenden voldoen aan de voorwaarden bepaald in artikel 2.

 

§4 - Wanneer niet alle samenwonenden voldoen aan de voorwaarden bepaald in artikel 2, wordt de gerechtigde samenwonende als ‘inwonende’ beschouwd.

 

 

Artikel 6 – Toerekenbare uitgaven

§1 - Als toerekenbare uitgaven worden beschouwd: de huishuur of hypotheek, beperkt tot:

a) 600 euro per maand voor een alleenstaande

b) 650 euro per maand voor een gezin, bestaande uit maximaal twee personen.

Deze bedragen zullen per 1 januari jaarlijks geïndexeerd worden via volgende formule:

 (basishuurprijs x nieuw indexcijfer)

        Aanvangsindexcijfer 2018

 

§2 - Het bedrag uit artikel 6 §1 b) wordt verhoogd met 50 euro vanaf het derde inwonende gezinslid.

 

§3 - De verbruikskosten (energie / water / verwarming) worden beperkt tot 250 euro per maand. Dit bedrag wordt verhoogd met 20 euro per maand voor elke bijkomende persoon vanaf het derde gezinslid.

 

§4 - Deze verbruikskosten worden verhoogd met het bedrag van de effectieve maandelijkse afbetaling voor zogenaamde overlevingsschulden (water, verwarming en elektriciteit) in zoverre deze buiten de eventuele minnelijke of gerechtelijke aanzuiveringsregeling in het kader van de collectieve schuldenregeling vallen.

 

§5 - Voor inwonenden zijn de toerekenbare uitgaven beperkt tot de effectief betaalde vergoedingen en bijdragen voor inwonen.

 

§6 - Effectief betaalde onderhoudsgelden worden beschouwd als toerekenbare uitgaven met een maximum van 150 euro per maand per kind.

 

Artikel 7 – Co-ouderschap

§ 1 - In geval van co-ouderschap worden de verhogingen zoals bedoeld in artikel 6 berekend in verhouding tot de verblijfsduur van de kinderen in het gezin, waarbij het aantal dagen van gemiddeld verblijf geldt als de teller en 30 de noemer is.

 

§ 2 - Wat de bedragen betreft zoals bepaald in art.6 §1 worden alleenstaanden met co-ouderschap beschouwd als gezinnen in zoverre de kinderen effectief deeltijds in het gezin verblijven.

 

Artikel 8 – Toe te kennen tussenkomsten

§1 - Indien de toepassing van de budgetcalculator leidt tot een negatief resultaat, dat wil zeggen dat de maandelijkse inkomsten lager zijn dan het overeenstemmend referentiebudget, dan kan een maandelijkse tussenkomst toegekend worden, op voorwaarde dat:

       alle sociale rechten uitgeput werden.

       onderzocht werd in welke mate de inkomsten kunnen verhoogd worden.

       onderzocht werd in welke mate de kosten kunnen beperkt worden.

 

§2 - Het in §1 bedoelde onderzoek moet blijken uit een sociaal verslag waarin tot toekenning of weigering van toekenning van een tussenkomst voorgesteld wordt.

 

 

Artikel 9 – Bedrag van de tussenkomst

§1 - Het maximum toe te kennen bedrag voor een alleenstaande bedraagt 200 euro per maand.

 

§2 - Het maximum toe te kennen bedrag voor een alleenstaande met kinderlast, koppel of samenwonende bedraagt 250 euro per maand, waarbij voor samenwonenden geldt dat het berekende bedrag gedeeld wordt door het aantal samenwonenden om het individuele steunbedrag te berekenen.

 

§3 - Het maximum toe te kennen bedrag voor een inwonende bedraagt 80 euro per maand.

 

§4 - Deze bedragen worden verhoogd met 25 euro per maand voor elk kind ten laste, vanaf het eerste kind in geval van inwonenden, samenwonenden of een gezin met kinderlast en vanaf het tweede kind in geval van een alleenstaande met kinderlast.

 

§5 - In geval van co-ouderschap worden deze verhogingen berekend zoals bepaald in artikel 7.

 

§6 - Elke toegekende tussenkomst kan nooit hoger zijn dan het verschil tussen de maandelijks meerekenbare inkomsten en het bedrag van het referentiebudget, berekend door gebruik te maken van de budgetcalculator.

 

§7 - Voor de gerechtigden opgenomen in artikel 2, §2.e kan elke toegekende tussenkomst nooit hoger zijn dan het verschil tussen de maandelijks meerekenbare inkomsten en het bedrag van het referentiebudget, berekend door gebruik te maken van de budgetcalculator èn van het bedrag van de voorschotfactuur.

 

 

Artikel 10 - Duur van de tussenkomst

§1 - Voor (equivalent) leefloongerechtigden is de duur van de bedoelde tussenkomsten gekoppeld aan de geldigheidsduur van een lopend GPMI.

 

§2 - Voor cliënten in budgetbeheer, budgetbegeleiding en/of collectieve schuldenregeling is de duur van de bedoelde tussenkomsten gekoppeld aan de geldigheidsduur van de overeenkomst budgetbeheer/budgetbegeleiding.

 

§3 - In geval van schorsing van het GPMI, collectieve schuldenregeling of budgetbeheer of bij het aflopen van deze bedoelde regelingen en overeenkomsten die niet verlengd werden of wanneer geen nieuw overeenkomst/regeling afgesloten werd, vervallen de bedoelde tussenkomsten.

 

§4 - Voor de gerechtigden opgenomen in artikel 2 §2.e is  de duur van de bedoelde tussenkomsten beperkt van 1 november 2022 tot en met 30 april 2023.

 

§5 - In alle andere gevallen is de duur van de tussenkomsten beperkt tot één jaar, met dien verstande dat de toekenning van de tussenkomsten jaarlijks herzienbaar is en in elk geval moet herzien worden voor zover er wijzigingen zijn inzake inkomsten, uitgaven of sociale omstandigheden.

 

 

Artikel 11 – Uitbetaling

 

Voor de gerechtigden opgenomen in artikel 2, §2.e zal de tussenkomst pas uitbetaald worden:

        op voorwaarde dat de maandelijkse energiefactuur voortaan wordt betaald en dat er een afbetaling werd geregeld voor de openstaande energieschulden.

        na onderzoek van het huidig energiecontract.

        op voorwaarde dat men openstaat voor het laten uitvoeren van een gratis energiescan.

 

Artikel 2:

De wijzigingen treden in werking met ingang van 1 november 2022.

 

 

Publicatiedatum: 21/12/2022
Overzicht punten

 

Zitting van 24 11 2022

 

OPENBARE ZITTING

 

4.   NOMINATIEVE SUBSIDIES 2023 OCMW: TOEKENNING

 

Juridische gronden

           Artikel 28 §1 juncto 74 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 dat bepaalt dat de vergaderingen van de gemeenteraad openbaar zijn.

           Artikel 40 §1 juncto 74 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 dat bepaalt dat, onder voorbehoud van andere wettelijke of decretale bepalingen, de gemeenteraad beschikt over de volheid van bevoegdheid ten aanzien van de aangelegenheden van gemeentelijk belang.

           Artikel 78 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 waarin wordt bepaald dat volgende bevoegdheden niet aan het vast bureau kunnen worden toevertrouwd:

 17° het vaststellen van subsidiereglementen en het toekennen van nominatieve subsidies

 

 

Feiten

           In de meerjarenplanaanpassing 3 2020-2025 zijn reeds de kredieten van de nominatieve subsidies goedgekeurd, en deze zijn reeds gecommuniceerd in de toelichting.

           De raad voor maatschappelijk welzijn moet de nominatieve subsidies voor 2023 goedkeuren.

 

Besluit

 

27 stemmen voor: Marten De Jaeger, Koenraad De Ceuninck, Peter T. Van Hecke, Stefaan Standaert, Annelies Lammertyn, Nicole Maenhout, Danny Vannevel, Valerie Taeldeman, Anneke Gobeyn, Jason Van Landschoot, Peter E. Van Hecke, Bart Van Hulle, Wim Swyngedouw, Leandra Decuyper, Dino Lateste, Kiran Van Landschoot, Henk Deprest, Christine Verplaetse, Timothy De Groote, Jan De Metsenaere, Eva Willems, Hilde Versluys, Stefaan Heyndrikx, Cindy De Baets, Ineke Hebbrecht, Cedric De Smet en Evelien Van De Putte

 

 

Artikel 1:

De raad voor maatschappelijk welzijn keurt volgende nominatieve subsidies voor 2023 van het OCMW goed:

 

 

 

Publicatiedatum: 21/12/2022
Overzicht punten

 

Zitting van 24 11 2022

 

OPENBARE ZITTING

 

5.   MEERJARENPLANAANPASSING 3 2020-2025 OCMW: VASTSTELLING

 

Juridische gronden

        De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van de bestuurshandelingen.

        Artikel 28 § 1 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 waarin wordt bepaald dat dit punt in openbare zitting behandeld wordt.

        Artikel 77 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 bepaalt dat de raad voor maatschappelijk welzijn beschikt over de volheid van bevoegdheid voor de aangelegenheden die aan het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn door of krachtens de wet of het decreet zijn toevertrouwd.

        Decreet Lokaal bestuur, Titel 4, inzake de beheers- en beleidscyclus  voor de gemeente en het OCMW met ingang van 1 januari 2019

        Artikel 249 stelt dat de beleidsrapporten van de gemeente en het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn vormen een geïntegreerd geheel;

        de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn stemmen over hun deel van elk beleidsrapport. Nadat de raden zo het beleidsrapport elk voor hun deel hebben vastgesteld, keurt de gemeenteraad het deel van het beleidsrapport zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn goed. Door die goedkeuring wordt het beleidsrapport in zijn geheel geacht definitief vastgesteld te zijn.

        elke raad stemt telkens over het geheel van zijn deel van het beleidsrapport.

        Minstens een keer per jaar wordt het meerjarenplan aangepast, waarbij in elk geval de kredieten voor het volgende boekjaar worden vastgesteld. Als dat nodig is, kunnen daarbij ook de kredieten voor het lopende boekjaar worden aangepast.

        Besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen, en latere wijzigingen, betreffende de regels van BBC2020 boekhouding, de beleidsrapporten en de toelichtingen. Bij elke aanpassing van het meerjarenplan wordt het resultaat van de intussen vastgestelde jaarrekeningen verwerkt.

        Ministeriële besluiten van 26 juni 2018 en 12 september 2018 inzake vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen

        Het origineel meerjarenplan 2020-2025 goedgekeurd door de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn in haar zitting van december 2019.

        Het laatst aangepast meerjarenplan  2020-2025 vastgesteld door de gemeenteraad en raad voor maatschappelijk welzijn in haar zitting van december 2021.

 

Feiten

        Dit plan betreft een derde meerjarenplanaanpassing voor de jaren 2020 tot en met 2025.

        Het vast bureau heeft een positief advies verleend in haar zitting van 7 november 2022.

        Het plan beschrijft welke weg het lokaal bestuur de komende vier jaar wil volgen, met name tot en met 2025.

        Er is één financieel evenwicht. Alleen het rapport M3 geeft de kredieten per entiteit weer. De vaststelling van de meerjarenplanaanpassing gebeurt door zowel de Gemeenteraad als de Raad voor Maatschappelijk Welzijn, voor hun deel van de kredieten, en daarna keurt de Gemeenteraad ook nog eens het deel van het OCMW goed.

        Meerjarenplanaanpassing 3 is door de raadsleden te raadplegen via maldegem.begrotingsapp.be, tijdelijk beveiligd tot na de raad met:

        log-in Maldegem

        wachtwoord Maldegem9990

 

Argumentatie

        De meerjarenplanaanpassing nr. 3 2020-2025 is in evenwicht. Het resultaat op kasbasis is positief elk jaar en de autofinancieringsmarge is positief in 2025, dit ook geconsolideerd met het AGB Maldegem erbij.

        De algemeen directeur herinnert aan alle feitelijke en wettelijke bepalingen.

 

Adviezen

        Het vast bureau heeft een positief advies verleend in haar zitting van 7 november 2022.

 

Besluit

 

26 stemmen voor: Marten De Jaeger, Koenraad De Ceuninck, Peter T. Van Hecke, Stefaan Standaert, Annelies Lammertyn, Nicole Maenhout, Danny Vannevel, Valerie Taeldeman, Anneke Gobeyn, Jason Van Landschoot, Peter E. Van Hecke, Bart Van Hulle, Wim Swyngedouw, Leandra Decuyper, Dino Lateste, Kiran Van Landschoot, Henk Deprest, Christine Verplaetse, Jan De Metsenaere, Eva Willems, Hilde Versluys, Stefaan Heyndrikx, Cindy De Baets, Ineke Hebbrecht, Cedric De Smet en Evelien Van De Putte

1 onthouding: Timothy De Groote

 

 

Artikel 1:

De raad voor maatschappelijk welzijn stelt meerjarenplanaanpassing nr. 3 2020-2025 van het OCMW Maldegem vast.

 

 

Publicatiedatum: 21/12/2022
Overzicht punten

 

Zitting van 24 11 2022

 

OPENBARE ZITTING

 

6.   VRAGEN VAN RAADSLEDEN

 

Juridische gronden

        Artikel 21 juncto artikel 74 Decreet Lokaal Bestuur:
Gemeenteraadsleden kunnen uiterlijk 5 dagen voor de vergadering punten aan de agenda toevoegen.  Hiertoe bezorgen ze hun toegelicht voorstel van beslissing aan de algemeen directeur, die de voorstellen bezorgt aan de voorzitter van de gemeenteraad.

        Artikel 38, 5°juncto 74 Decreet Lokaal Bestuur:
De raad voor maatschappelijk welzijn stelt bij de aanvang van de zittingsperiode een huishoudelijk reglement vast waarin aanvullende maatregelen worden opgenomen voor de werking van de raad en waarin minstens bepalingen worden opgenomen over:
5° de voorwaarden waaronder de gemeenteraadsleden hun recht uitoefenen om aan de voorzitter en de leden van het vast bureau mondelinge en schriftelijke vragen te stellen.

        Artikel 278 §1 Decreet Lokaal Bestuur:
De notulen van de vergaderingen van raad voor maatschappelijk welzijn vermelden ... alle besproken onderwerpen, alsook het gevolg dat is gegeven aan de punten waarover de raad voor maatschappelijk welzijn geen beslissing heeft genomen.

        Artikel 7 van het Huishoudelijk reglement van de gemeenteraad en de OCMW-raad, vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn in zitting van 25 september 2019, waarin de voorwaarden waaronder de raadsleden hun recht uitoefenen om aan de voorzitter en de leden van het vast bureau vragen te stellen, zijn opgenomen.

 

Feiten

        Door de raadsleden werdengeen vragen aan de leden van het vast bureau ingediend.

 

 

 

Publicatiedatum: 21/12/2022